Jan van Duikeren
Trompettist
Schiedam, 1975
Havo voor Muziek en Dans, Rotterdams Conservatorium
Ons huis was te klein voor een drumstel en we hadden ook geen auto. Dus koos ik voor een handzaam instrument. Ik speel op een Kanstulkopie van een Conn Connstellation trompet, en op een bugel van Selmer.
Podiumdebuut
Toen ik zestien was, trad ik voor het eerst op in een kroeg in Rotterdam. Producent Reyn Ouwehand organiseerde dat. Mijn ouders kwamen kijken. Mijn tweede ‘eerste keer’ was met Udo van Boven in een jazzcafé in Den Haag.
Wijze lessen
Jarmo Hoogendijk en Ad van Zon zijn een geweldige inspiratiebron voor mij geweest. Mijn grootste helden zijn James Brown, Stevie Wonder, Clark Terry, Clifford Brown, Miles Davis, Toots Thielemans, Maceo Parker, Quincy Jones.
Personality, bezieling, goede energie en groove zijn de elementen waar ik gevoelig voor ben.
Onvergetelijk
Miles Davis, North Sea Jazz in 1990 en D’Angelo in Montreux in 2000. Zelf spelen met Toots in het Concertgebouw was emotioneel. Benny Golson en Jimmy Heath die ons op hun tachtigste nog alle hoeken van het Bimhuis lieten zien. De waanzinnige timing van Georgie Fame. Mijn persoonlijke hoogtepunten zijn de opnames voor Scribblin’, met daarna optredens in het Concertgebouw en een tour naar Japan. Het gaf een enorme kick om als componist en solist in de Blue Note in Tokyo te staan.
Jazz Orchestra
In mijn sectie speel ik met mijn oude helden. Het orkest heeft smoel. Er zitten zoveel verschillende karakters in de band. Dat kan wrijving geven, maar ook tot de mooiste muzikale uitspattingen leiden. Liever dan een gladgestreken ensemble, waarbij iedereen vijf minuten na de laatste noot weer in de auto zit. Ik ben Henk Meutgeert dankbaar voor alle mooie momenten én zijn arrangementen op Scribblin’.